Geen compensatie na inleveren leaseauto tijdens ziekte

Geplaatst op 13 september 2019 door mr. E. (Elkan) Spijer

Een werkgever stelde een leaseauto ter beschikking gesteld die de werknemer ook privé mocht gebruiken. De werknemer werd langdurig ziek. Na 6 maanden ziekte diende de werknemer de leaseauto bij zijn werkgever in te leveren. De werknemer vond dat de werkgever hem moest compenseren. Dit vanwege het verlies van het privégebruik van de auto. De werkgever kon zich daarin niet vinden. Over deze kwestie oordeelde de kantonrechter Den Haag in een (niet op rechtspraak.nl) gepubliceerde uitspraak van 18 juni 2019. De leaseauto inleveren bij ziekte is onderwerp van deze blog.

De feiten

De werknemer werkte sinds november 1997 bij de werkgever. De getekende  arbeidsovereenkomst bevatte een bepaling die verwees naar een arbeidsreglement. De werkgever veranderde het arbeidsreglement vervolgens in een personeelsgids en de werknemer ging hiermee schriftelijk akkoord.

leaseauto inleveren

(c) Shutterstock

De personeelsgids bevatte een mobiliteitsregeling. Deze mobiliteitsregeling gaf de werknemer de keus tussen een mobiliteitsvergoeding of een leaseauto. In het geval de werknemer opteerde voor een leaseauto moest de werknemer, conform de regeling, de leaseauto bij 6 maanden ziekte inleveren.

De medewerker heeft gekozen voor een leaseauto. In dat verband ondertekende de werknemer een gebruiksovereenkomst. Deze gebruiksovereenkomst verwees naar de mobiliteitsregeling in de personeelsgids. Op 4 april 2018 werd de werknemer volledig arbeidsongeschikt. In augustus 2018 liet de werkgever weten dat zij de leaseauto innam als de werknemer 6 maanden na zijn ziekmelding, op 4 oktober 2018, nog steeds arbeidsongeschikt was. Dit overeenkomstig de bepaling in de personeelsgids.  Op 4 oktober 2018 was de werknemer nog arbeidsongeschikt. De werkgever haalde de leaseauto uiteindelijk op 19 november 2018 bij de werknemer op.

Aangezien de werknemer zich met de gang van zaken niet kon verenigen startte hij een kort geding. Daarin vorderde hij  € 934,00 compensatie netto per maand. Hij stelde dat het (privé)gebruik van de leaseauto een (secundaire) arbeidsvoorwaarde was. Om die reden viel het (privé)gebruik van de leaseauto onder de loondoorbetalingsverplichting bij ziekte.

Wat oordeelde de rechter?

De kantonrechter vond het belangrijk dat de werknemer bij bij zijn indiensttreding akkoord was gegaan met het arbeidsreglement. Dat arbeidsreglement, dat later Personeelsgids was gaan heten, werd daarmee onderdeel van de overeenkomst tussen partijen.

De bepaling in de personeelsgids

De werknemer voerde aan dat de werkgever pas na het ontstaan van de discussie tussen partijen een nieuwe bepaling in de personeelsgids had opgenomen. Deze nieuwe bepaling  hield in dat de werknemer geen recht had op enige vergoeding in verband met het gemis van het privégebruik van de leaseauto als hij de auto na 6 maanden ziekte moest inleveren.

De kantonrechter overwoog echter dat de personeelsgids ook voor invoering van die nieuwe bepaling reeds een bepaling bevatte inhoudende dat de deelname in de mobiliteitsregeling na zes maanden zou eindigen. De nieuwe bepaling bracht volgens de kantonrechter geen wijziging in de strekking van de eerdere bepalingen in de personeelsgids. Uit die bepaling bleek immers dat partijen hadden afgesproken dat het voordeel van het privégebruik van de auto na zes maanden ziekte eindigde. Dus ook het voordeel vanwege het gemis van privégebruik.

Gemis privégebruik loon?

De werknemer stelde verder dat het recht op (het voordeel van) het privégebruik van de leaseauto gezien moest worden als ‘loon’. Op grond van de de wet dient de werkgever tijdens ziekte 70% van het loon door te betalen. De werkgever mocht van deze wettelijke bepaling contractueel niet afwijken, aldus de werknemer.

De kantonrechter overwoog echter dat het begrip ‘loon’ in het kader van de doorbetaling tijdens ziekte uitsluitend zag op het periodiek verschuldigde geldloon. Dus niet op andere loonvormen dan geldloon zoals het privégebruik van de leaseauto. Daarom was de afspraak dat het recht op gebruik van de leaseauto eindigde zonder enige vorm van compensatie niet in strijd met de wet.

De kantonrechter achtte het dus niet aannemelijk dat de bodemrechter de vordering van werknemer tot compensatie van het verlies van het privégebruik zou toewijzen. De kantonrechter wees gevraagde voorlopige voorziening dan ook af en veroordeelde de werknemer in de proceskosten.

Conclusie

De vraag of een werknemer tijdens ziekte de auto moet inleveren is in de rechtspraak en literatuur verschillend beantwoord. Daarbij komt vaak belang toe aan hetgeen partijen afspreken en in hoeverre (het voordeel van) de auto al dan niet gedeeltelijk als loon moet worden beschouwd.

In dit geval trof de werkgever een regeling die betrekking had op de situatie van (langdurige) ziekte. De werkgever deed er goed aan de regeling onder zijn personeel bekend te maken en het personeel hiervoor te laten tekenen.

Voor vragen op het gebied van arbeidsrecht kunt u altijd vrijblijvend contact opnemen met advocaat Elkan Spijer.

Gepubliceerd op 13 september 2019 door: mr. E. (Elkan) Spijer