Inklokken en wegwezen…

Geplaatst op 17 augustus 2022 door mr. E. (Elkan) Spijer

Een werkgever vraagt de kantonrechter de arbeidsovereenkomst van een werknemer te ontbinden. Dit omdat de werknemer zich bij het betreden van het bedrijfspand heeft geregistreerd maar vervolgens het pand weer heeft verlaten en geen of nauwelijks werkzaamheden heeft verricht. Wat oordeelt de rechter?

Wat is er gebeurd?

De werkgever is een bedrijf dat projecten uitvoert op het gebied van engineering, inkoop, constructie, onderhoud en het managen van grote projecten.

De werknemers betreden en verlaten het bedrijfspand via de hoofdingang. Zij klokken in bij aankomst en klokken uit bij vertrek met een persoonlijke pas. Ook binnen het pand moeten diverse deuren met de pas worden geopend. Er is ook een nooddeur (patiodeur) naar het parkeerterrein (hierna: de nooddeur). Deze heeft geen paslezer. De nooddeur moet dicht blijven, tenzij sprake is van een noodsituatie.

In april 2022 heeft de werkgever meerdere malen geconstateerd dat de nooddeur geopend was. Naar aanleiding daarvan heeft zij een onderzoek ingesteld, bestaande uit het bestuderen van toegangsactiviteiten en camerabeelden. Uit dit onderzoek heeft de werkgever geconcludeerd dat de werknemer meerdere malen via de nooddeur het pand heeft verlaten.

In reactie daarop heeft de werknemer meegedeeld dat hij meerdere keren naar een nabijgelegen tankstation is gegaan dat niet op loopafstand ligt om sigaretten te kopen en dat hij vervolgens is teruggekeerd.

Wat verzoekt de werkgever?

De werkgever verzoekt de arbeidsovereenkomst te ontbinden zonder toekenning van een vergoeding.

Gesteld wordt dat uit het door de werkgever uitgevoerde onderzoek is gebleken dat de werknemer op negentien werkdagen zichzelf heeft geregistreerd in het bedrijfssysteem als ‘ingelogd’ en ‘aanwezig’. Feitelijk was hij echter een groot deel van de werkdag niet op de bedrijfsvestiging aanwezig en verrichtte hij geen (of nauwelijks) werkzaamheden.

Hij heeft steeds aan het begin van de werkdag zijn auto geparkeerd op het parkeerterrein, het kantoorpand via de gebruikelijke ingang betreden, ingeklokt en vervolgens op zijn werkplek met zijn laptop ingelogd op het bedrijfssysteem. Korte tijd later heeft hij het pand zonder uit te klokken via de nooddeur of een andere deur verlaten. Aan het einde van de werkdag heeft de werknemer het pand via de nooddeur of de gebruikelijke ingang weer betreden, uitgelogd uit het bedrijfssysteem via zijn laptop, het pand verlaten via de gebruikelijke uitgang en daarbij uitgeklokt. Door dit gedrag heeft de werknemer zich schuldig gemaakt aan dagdieverij.

Daarnaast heeft de werknemer onwaarheden verteld over zijn afwezigheid en zijn urenstaat onjuist hebben ingevuld.

Verweer werknemer

De werknemer verzoekt het verzoek van de werkgever af te wijzen of hem een aanzienlijke ontslagvergoeding toe te kennen. Hij betwist dat hij heeft doen voorkomen dat hij fysiek aanwezig is geweest terwijl dat in werkelijkheid niet het geval was en geeft daarvoor als verklaring dat hij wel eens vaker via de nooddeur vertrok en kort daarna weer terugkwam waarna hij weer gewoon inklokte.

De toegangsrapportage kan wat de werknemer betreft niet als bewijs dienen en camerabeelden zijn pas op het laatste moment vrijgegeven. Bovendien blijkt uit e-mails en verklaringen van collega’s dat hij wel degelijk aan het werk was.

Oordeel kantonrechter

De rechter beoordeelt of voldoende is komen vast te staan dat de werknemer op de betreffende werkdagen gedurende een groot deel van de dag niet de op de bedrijfsvestiging aanwezig is geweest en niet of nauwelijks heeft gewerkt zoals door de werkgever is gesteld.

Ter onderbouwing van haar standpunt heeft de werkgever een gedetailleerde toegangsrapportage en camerabeelden overgelegd waarin de bewegingen van de werknemer zijn geregistreerd.  Het verweer van de werknemer dat de toegangsrapportage niet als bewijs kan dienen slaagt niet. De werknemer heeft niet onderbouwd waarom het onderzoek niet transparant en onafhankelijk zou zijn uitgevoerd. De werknemer heeft ook voldoende tijd gehad om daarop te reageren.

Uit de toegangsrapportage blijkt dat er gedurende aanzienlijke periodes geen pas-bewegingen hebben plaatsgevonden terwijl dit onlogisch is. Na deze periodes heeft de werknemer het bedrijfspand weer betreden met zijn pas, heeft enige tijd in het pand verbleven en heeft vervolgens weer uitgeklokt. De camerabeelden bevestigen dat ook. Daarom vindt de kantonrechter dat voldoende vaststaat dat de werknemer langere periodes niet in het bedrijfspand aanwezig is geweest en dat de werknemer zich schuldig heeft gemaakt aan dagdieverij.

Beslissing

De kantonrechter oordeelt dat de werknemer ernstig verwijtbaar heeft gehandeld. Hij ontbindt de arbeidsovereenkomst zonder toekenning van een vergoeding.

Vragen?

Heeft u vragen of andere arbeidsrechtelijke vragen? U kunt te allen tijde contact met ons kantoor opnemen voor advies.

Gepubliceerd op 17 augustus 2022 door: mr. E. (Elkan) Spijer