Sommige uitspraken laten precies zien waar het familierecht over gaat: niet over winnen, maar over luisteren. Deze zaak van het Gerechtshof ’s-Hertogenbosch draait om een vijftienjarige jongen die sinds begin 2023 bij zijn vader woont.
De rechtbank had eerder bepaald dat het hoofdverblijf van de jongen bij zijn vader zou zijn. Toch moest de vader volgens diezelfde rechtbank kinderalimentatie blijven betalen en werd een ruime zorgregeling bij de moeder vastgelegd. De vader vond dat onlogisch en ging in hoger beroep.
Het Gerechtshof hoorde de jongen zelf. Hij was helder: voorlopig wilde hij slechts één weekend per twee weken bij zijn moeder verblijven. Dat was ook de regeling die in de praktijk al werkte.
Volgens het Hof is het belangrijk dat een kind van deze leeftijd serieus wordt genomen. De rechters benadrukten dat de jongen oud genoeg is om eigen keuzes te maken. Zijn mening verdient respect. De moeder vond dat zij haar zoon te weinig zag en pleitte voor een gelijkwaardige verdeling. Maar het Hof zag dat afdwingen geen oplossing zou bieden. Dwang zou de verhouding alleen maar verder onder druk zetten.
Daarom koos het Hof voor rust en duidelijkheid: één weekend per veertien dagen, van zaterdag tot zondag. Een regeling die past bij wat de jongen zelf wil en die inmiddels goed functioneert.
Ook de kinderalimentatie kwam aan bod. De moeder had eerder om verhoging gevraagd, maar alleen voor de situatie waarin haar zoon bij haar zou blijven wonen. De rechtbank had dat verzoek te ruim uitgelegd en ook voor de nieuwe situatie een bedrag vastgesteld.
Het Gerechtshof corrigeerde dit. De rechters stelden vast dat de rechtbank buiten de rechtsstrijd van partijen was getreden. Alleen in uitzonderlijke gevallen moet een ouder die het kind verzorgt, een bijdrage betalen aan de andere ouder. Hier was dat niet aan de orde. De alimentatie werd daarom op nihil gesteld.
Opvallend is dat het Gerechtshof ook bepaalde dat de moeder de sinds oktober 2024 ontvangen bedragen moet terugbetalen. Dat gebeurt zelden. In veel zaken voeren ouders aan dat het geld al aan het kind is besteed en dat terugbetaling onredelijk zou zijn.
In dit geval had de moeder echter geen enkel verweer gevoerd tegen de terugwerkende kracht. Ze verliet zelfs de zittingszaal voordat de alimentatie werd besproken. Daardoor kon het Hof zonder beperking oordelen dat terugbetaling redelijk was. De moeder maakte immers nauwelijks kosten voor de verzorging, behalve tijdens de beperkte omgangsweekenden.
Deze uitspraak laat zien dat het familierecht steeds meer kijkt naar de werkelijkheid achter de papieren afspraken. De rechter sluit aan bij de feitelijke situatie van het kind en de ouders, en niet bij een theoretisch evenwicht.
Daarbij wordt ook duidelijk hoe sterk de persoonlijke beleving van de minderjarige is gaan meewegen. Een kind van vijftien heeft een eigen stem, een eigen gevoel voor wat goed voor hem is, en verdient dat daar serieus naar wordt geluisterd.
De beslissing van het Hof maakt bovendien zichtbaar dat kinderalimentatie niet slechts een financiële regel is, maar een uitdrukking van zorg, betrokkenheid en verantwoordelijkheid. Wie de dagelijkse zorg draagt, neemt ook de financiële lasten op zich. Wie dat niet doet, hoeft niet te betalen voor een situatie die feitelijk niet meer bestaat.
De essentie van het familierecht ligt in luisteren, niet in strijden. Deze uitspraak toont hoe recht doen aan een kind verder gaat dan het toepassen van regels. Het vraagt om aandacht voor zijn werkelijkheid, zijn leeftijd en zijn wensen.
Het Gerechtshof verwoordde dat eenvoudig maar treffend: wie werkelijk in het belang van zijn kind wil handelen, moet bereid zijn diens stem niet alleen te horen, maar ook te respecteren.
Heeft u vragen en/of opmerkingen over de blog of andere familierechtelijke vragen? Dan kunt u altijd contact met onze familierechtadvocaten opnemen.