Einde partneralimentatie bij samenwonen als ware zij gehuwd

Geplaatst op 9 mei 2020 door mr. J.S. (Jorien) Bijsterbosch

Na echtscheiding kan sprake zijn van een partneralimentatieverplichting. De plicht tot het betalen van partneralimentatie kan onder meer worden beëindigd in het geval de alimentatiegerechtigde gaat samenwonen met een nieuwe partner als ware hij/zij gehuwd. Het begrip ‘samenwonen als ware gehuwd’ is in de rechtspraak uitgebreid gedefinieerd. Er moet voldaan zijn aan vier vereisten, te weten een affectieve relatie van duurzame aard; samenwoning; wederzijdse verzorging en het voeren van een gemeenschappelijke huishouding.

Samenwonen als ware gehuwd

Als eenmaal vast komt te staan dat sprake is van samenwonen als ware gehuwd, vervalt de alimentatieverplichting definitief. Vanwege het ingrijpende en onherroepelijke karakter van deze sanctie worden er in de rechtspraak hoge motiveringseisen gesteld aan de feitelijke vaststelling dat sprake is van samenwonen als ware gehuwd. De bewijslast voor het aantonen van de vier vereisten ligt bij de alimentatieplichtige. Dat dit laatste geen gemakkelijke klus is, blijkt maar weer eens uit in een zaak die onlangs speelde bij het Gerechtshof Arnhem – Leeuwarden. Wat was het geval?

Partijen zijn gehuwd geweest. Dit huwelijk is ontbonden door echtscheiding. Er was sprake van een alimentatieverplichting. De man heeft de rechtbank verzocht om te bepalen dat het recht van de vrouw op partneralimentatie is beëindigd. Dit omdat de vrouw samenwoont met haar nieuwe partner als ware gehuwd. De rechtbank heeft het verzoek van de man afgewezen. De man is in hoger beroep gekomen van de beschikking van de rechtbank. De vrouw voert verweer.

Een affectieve relatie van duurzame aard en samenwonen

samenwonen

© Shutterstock

Partijen zijn het erover eens dat de vrouw een duurzame relatie heeft met haar nieuwe partner. Om aan te tonen dat de vrouw ook met haar nieuwe partner samenwoont, heeft de man over een periode van een aantal maanden (nachtelijke) observaties gedaan van de oprit bij de woning van de vrouw. Hij heeft geturfd wanneer daar de auto’s van de vrouw of haar partner stonden geparkeerd. Hij concludeert daaruit dat er een vaste structuur bestaat voor het samenzijn van de vrouw en haar partner van ten minste vier nachten per week. Ook gaan de vrouw en haar partner een aantal keren per jaar samen op vakantie. Tevens heeft de vrouw een sleutel van het huis van haar partner en heeft de partner een sleutel van het huis van de vrouw.

De vrouw betwist gemotiveerd de conclusies die de man trekt en plaatst vraagtekens bij de juistheid van het onderzoek van de man. Zij verklaart meestal om de week een weekend met haar partner door te brengen. De nieuwe partner verblijft door de week één tot twee nachten bij de vrouw. Zij stelt dat er geen sprake is van samenwonen nu zij en haar partner nooit zonder de ander langere tijd in het huis van de ander verblijven en er geen spullen van de vrouw bij haar partner staan en andersom.

Het gerechtshof kan de bevindingen van de man dan ook niet overnemen. Het gerechtshof voegt daar aan toe dat de man er in dit geval beter aan had gedaan een professioneel recherchebureau in te schakelen.

Gemeenschappelijke huishouding en wederzijdse verzorging

Ter zitting verklaarde de vrouw dat degene bij wie tijdens het samenzijn wordt gegeten de kosten daarvan betaalt. De kosten voor vakanties en eten buiten de deur dragen zij samen naar draagkracht. Dat komt in de praktijk neer op de partner. De partner koopt af en toe cadeaus en sieraden voor de vrouw en de man heeft een auto voor de vrouw gekocht die zij gebruikt tegen een vergoeding. De partner is betrokken bij de kinderen van de vrouw en helpt hen met alledaagse zaken.

Slotsom

Al met al komt het gerechtshof tot de conclusie dat is komen vast te staan dat partijen wel een deel van de tijd samenwonen en dat zij ook voor een deel een gemeenschappelijke voeren en samen in de kosten daarvan voorzien en elkaar over en weer helpen. De mate waarin dat gebeurt is naar het oordeel van het hof echter onvoldoende om te voldoen aan de zware eis van ‘samenleven als ware gehuwd’ en voor een beëindiging van de alimentatieplicht van de man. Het hof merkt op dat voornoemde omstandigheden echter wel een rol kunnen spelen bij het bepalen van de financiële behoeftigheid van de vrouw.

Als één van de vier elementen ontbreekt, blijft de alimentatieplicht bestaan. In voornoemde zaak is de man dan ook niet geslaagd in zijn bewijsopdracht. Het gerechtshof laat de beschikking van de rechtbank in stand. Had de inzet van een privédetective of een recherchebureau hier het verschil kunnen maken? Dat is zeer wel mogelijk. De beslissing van het gerechtshof geeft het belang weer van alle feiten en omstandigheden en de verslaglegging daarvan.

Vermoedt u dat uw ex-partner samenwoont? Of heeft u als alimentatiegerechtigde vragen? Neemt dan vrijblijvend contact op met een van onze familierechtadvocaten.

Gepubliceerd op 9 mei 2020 door: mr. J.S. (Jorien) Bijsterbosch