Na scheiding of het uit elkaar gaan van ongehuwden komt de vraag aan de orde bij welke ouder de kinderen gaan wonen. Tevens dient de omgang met de andere ouder te worden geregeld. Afspraken worden vastgelegd in een ouderschapsplan of een beschikking van de rechtbank. In de praktijk komt het regelmatig voor dat één van de ouders zich niet aan de gemaakte afspraken houdt. In bepaalde gevallen gaat dit zelfs zover dat ene ouder de kinderen helemaal niet wil meegeven aan de andere ouder. De zogeheten de “weigerouder”.
Voor de ouder die nakoming van de omgangsregeling vordert, is sinds een aantal jaar een positieve lijn in de (Europese) rechtspraak te bemerken. De Hoge Raad bepaalde in 2014 dat op de rechtelijke macht een zware inspanningsplicht rust op het recht op omgang tussen ouder en kind daadwerkelijk tot stand te brengen.
In een zaak die vorig jaar bij het Gerechtshof Arnhem – Leeuwarden diende verzocht de moeder van een minderjarige (acht jaar) een kennismakingsmoment en een omgangsregeling tussen de minderjarige en diens vader vast te stellen. Dit op straffe van een dwangsom bij niet nakoming. De minderjarige had zijn vader nog nooit ontmoet. De vader voert verweer en verzoekt om afwijzing van het verzoek.
Uitgangspunt is dat een kind recht heeft op omgang met zijn ouders en met degene die in een nauwe persoonlijke betrekking tot hem staat. De niet met gezag belaste ouder heeft recht op en de verplichting tot omgang met het kind. Het Gerechtshof is in dit geval van oordeel dat hoewel de omgang tussen de man en de minderjarige niet vrijblijvend is, zwaarwegende belangen van de minderjarige zich op dat moment verzetten tegen de (voor de man gedwongen) omgang.
Weliswaar is in het algemeen voor de ontwikkeling en het welzijn van een kind van groot belang dat het met beide ouders omgang heeft, maar in uitzonderlijke gevallen kan dit anders zijn. In dit voorbeeld is sprake van uitzonderlijke omstandigheden. De minderjarige is een kwetsbaar kind. Daarbij is de man al vanaf de geboorte zeer stellig in zijn weigering om contact met de minderjarige aan te gaan. Het Gerechtshof constateert ter zitting dat de emotionele draagkracht van de man door psychische klachten en familieomstandigheden op dat moment ontoereikend was om invulling te kunnen geven aan het contact met de minderjarige.
Voornoemde situatie is gelukkig een uitzondering. De meeste ouders willen graag hun kinderen zien. Het niet nakomen van een omgangsregeling leidt dan ook tot veel frustratie en onmacht bij de ouder die de kinderen niet mag zien. Het naleven van de omgangsregeling kan op dit moment in beginsel alleen worden gehandhaafd door middel van civielrechtelijke maatregelen. Een meerderheid in de Tweede Kamer wil deze zogeheten ‘weigerouders’ harder aan gaan pakken. Desnoods met toepassing van het strafrecht.
Als ouders uit elkaar gaan kunnen zij samen afspraken maken over de omgangsregeling. Als de ouders er samen niet uitkomen dan stelt de rechtbank een omgangsregeling vast. Helaas komt het desondanks geregeld voor dat de ouder waar de kinderen verblijven, weigert de omgangsregeling na te komen.
In een dergelijk geval staan de andere ouder diverse maatregelen ter beschikking om de weigerachtige ouder te bewegen tot naleving van zijn verplichtingen. Te denken valt aan veroordeling tot nakoming van de omgangsregeling op straffe van een dwangsom. Indien nodig kunnen verderstrekkende maatregelen worden ingezet als een ondertoezichtstelling of een wijziging van de hoofdverblijfplaats van een kind.
Er zijn ook voorbeelden te noemen waarin omgang met de andere ouder niet in het belang van het kind is. Omgang wordt in een dergelijk geval terecht geweigerd. De rechter ontzegt het recht op omgang slechts: indien omgang ernstig nadeel oplevert voor de geestelijke of lichamelijke ontwikkeling van het kind, of indien de ouder of degene die in nauwe betrekking staat tot het kind kennelijk ongeschikt is, of kennelijk niet in staat moet worden geacht tot omgang.
Op het moment dat ouders in samen niet tot een nieuwe regeling kunnen komen geldt de bestaande regeling. Het maakt daarbij niet uit of de regeling mondeling of schriftelijk tot stand is gekomen. Wanneer de andere ouder de omgangsregeling zonder uw toestemming beperkt of ontregelt, is een kort geding procedure vaak onvermijdelijk. Voorafgaand aan het starten van een kort geding wordt altijd bekeken of er alternatieven zijn, zoals mediation of een viergesprek. Een viergesprek is een gesprek waarbij beide ouders met hun advocaten om tafel gaan zitten. Dit is niet zozeer een weigerouder, als wel een ontregelouder
In deze spoedprocedure kan de rechter een voorlopige voorziening in het kader van nakoming als ordemaatregel uitspreken. Dit is niet altijd een garantie dat de andere ouder zich opeens aan de omgangsregeling houdt. Maar in veel gevallen is dat net wel het extra zetje dat de andere ouder nodig heeft om de regeling toch na te komen.
Het inschakelen van de politie dient zeer behoedzaam te worden ingezet. De politie kan worden ingeschakeld om te assisteren bij afgifte van de kinderen in het geval dit wordt geweigerd. Wat is wijsheid? Vraag uzelf altijd af of inmenging van de politie in het belang van het kind is.
Uit het voorgaande blijkt dat er diverse mogelijkheden zijn om alsnog tot omgang te komen. Per geval moet worden bekeken welke mogelijkheid het best bij uw situatie past. De familierechtadvocaten van Vogelaar Bosch Spijer Advocaten blijven de ontwikkelingen op het gebied van omgang nauwgezet volgen. Zij kunnen u informeren over de mogelijkheden en de gevolgen van het niet nakomen van de omgangsregeling. Hebt u vragen over de weigerouder of andere familierechtelijke vragen? Neem dan vrijblijvend contact met ons op!