Een ongeluk zit in een klein hoekje. Ook op de werkvloer kan er een ongeval plaatsvinden. De wet biedt bescherming aan werknemers die gewond raken door een arbeidsongeval. Werkgevers zijn gehouden om al het nodige te doen om arbeidsongevallen op de werkvloer te voorkomen. Maar sommige situaties zijn onvoorzienbaar. Hoe kan de werkgever een ongeval voorkomen als de situatie niet direct voorzienbaar was? En wat als de betreffende werknemer zelf belast is met de veiligheid op de werkvloer? In deze blog wordt een recente uitspraak van de Rechtbank Rotterdam van 24 juli 2020 besproken. De rechtbank oordeelde over de aansprakelijkheid van de werkgever. Voorts beantwoorde de rechtbank de bovenstaande vragen.
De werkgever heeft een onderneming. De onderneming richt die zich op de productie van pannenkoeken. De werknemer is technisch projectleider. Hij is onder meer belast met de veiligheid op de werkvloer. De onderneming liet nieuwe afzuigkappen plaatsen. De nieuwe afzuigkappen hadden scherpere randen dan de oude afzuigkappen. Tijdens de montage van de afzuigkappen dreigde één van de medewerkers vanuit een hoogwerker op de afzuigkap te vallen. De werknemer waar het in deze zaak om gaat, probeerde zijn collega op te vangen. Onderweg struikelde hij. Hierbij heeft hij met zijn hand de rand van de nieuwe afzuigkap geraakt. Hij liep daarbij letsel op. Zijn letsel bestond onder meer uit een doorgesneden pees, zenuw en bloedvat. De werknemer moest twee operaties ondergaan. Daarna stelde hij zich onder behandeling van een fysiotherapeut. De werknemer stelde zijn werkgever aansprakelijk.
Er werd een onderzoek gedaan naar de toedracht van het bedrijfsongeval. Uit dit toedrachtsonderzoek bleek dat de werknemer in een reflex zijn hand stak toen zijn collega van de afzuigkap gleed. Zijn hand raakte de nog niet afgewerkte rand van de afzuigkap. Het metaal heeft een dikte van twee millimeter. Het metaal was nog niet ontdaan van bramen. Er was nog een scherpe snijrand. Daardoor sneed het metaal door de handschoen en de duim van de werknemer. Later op dezelfde dag heeft de werkgever de randen geschuurd. Hierdoor werden deze minder scherp.
Partijen bleven twisten over de vraag of de werkgever aansprakelijk is. Om die reden startte de werknemer een deelgeschilprocedure. De werknemer verzocht de rechter om voor recht te verklaren dat zijn werkgever aansprakelijk is.
Op grond van artikel 7:658 lid 1 BW is de werkgever verplicht de werkplek en de werktuigen zodanig in te richten en te onderhouden om bedrijfsongevallen te voorkomen. Voorts is de werkgever verplicht zodanige maatregelen te treffen en aanwijzingen te geven als redelijkerwijs nodig. Artikel 7:658 lid 1 BW vergt een hoog veiligheidsniveau van de betrokken werkruimte, werktuigen, gereedschappen en kleding. Dit artikel vereist ook dat de werkgever toezicht houdt op naleving van de instructies die door hem zijn gegeven.
Het tweede lid van dit artikel bepaalt dat de werkgever aansprakelijk is als de werknemer schade lijdt in de uitoefening van zijn werkzaamheden. Een uitzondering is mogelijk wanneer de werkgever aantoont dat hij de in lid 1 genoemde verplichtingen is nagekomen. De rechter stelt voorop dat op basis van de bestendige jurisprudentie de zorgplicht van de werkgever erg ver gaat. Rechters nemen niet snel aan dat een werkgever aan zijn zorgplicht voldaan heeft. Of daaraan voldaan is, hangt af van de omstandigheden van het geval. Relevante omstandigheden zijn de aard van de werkzaamheden en de kenbaarheid van het gevaar. Ook de te verwachten onoplettendheid van de werknemer speelt een rol. Hoe bezwaarlijk het was om veiligheidsmaatregelen te treffen, weegt eveneens mee.
Tot slot bepaalt het tweede lid van dit artikel dat de werkgever niet aansprakelijk is wanneer hij aantoont dat de schade in belangrijke mate het gevolg is van opzet of bewuste roekeloosheid van de werknemer. Dat is in deze zaak niet gebleken.
Concreet in deze zaak oordeelt de rechter dat:
‘’de enkele hoogte van de rand onvoldoende is om ervan uit te gaan dat de werkgever voldoende voorzorgsmaatregelen heeft getroffen (…). Niet betwist is immers dat langere werknemers hun hoofd tegen de afzuigkap kunnen stoten.’’
Het is ook niet ondenkbaar dat werknemers tijdens het werk of tijdens schoonmaakwerkzaamheden met hun handen de onderrand raken. Die werknemers zouden zich daarbij kunnen snijden.
Het lag op de weg van de werkgever om de nieuwe afzuigkappen te inspecteren. Zo nodig had de werkgever specifieke veiligheidsmaatregelen moeten treffen. Dit had eenvoudig gekund door de randen minder scherp te maken. Ook in de situatie dat het ongeval niet direct voorzienbaar was, mocht dit van hem verwacht worden. Hiermee had de werkgever een arbeidsongeval en mogelijke schade bij werknemers kunnen voorkomen. Dit heeft hij nagelaten.
Ten aanzien van de veiligheidshandschoenen oordeelde de rechter als volgt.
‘’De werkgever stelde alleen veiligheidshandschoenen ter beschikking. De werkgever stelt echter niet dat hij zijn werknemers opgedragen heeft deze handschoenen tijdens de werkzaamheden aan de afzuigkap te dragen. Dit lag ook niet voor de hand. Het was immers niet de betreffende werknemer die de afzuigkappen aan het aansluiten was. Bovendien waren de betreffende veiligheidshandschoenen ongeschikt voor het (fijnere) werk.’’
Verder oordeelt de rechter dat de verantwoordelijkheid voor een veilige werkomgeving niet uitbesteed kan worden aan een werknemer. Deze verantwoordelijkheid ligt te allen tijde bij de werkgever. Het argument dat de betreffende werknemer intern verantwoordelijk was voor de veiligheid op de werkvloer snijdt geen hout.
De rechter concludeert dat de werkgever niet alles heeft gedaan wat van hem verwacht mocht worden. Hierdoor is er een arbeidsongeval ontstaan, met letselschade tot gevolg. Om die reden is de werkgever aansprakelijk. De verzochte verklaring voor recht wordt toegewezen.
Een arbeidsongeval is vaak vervelender dan andere ongevallen. Behalve het letsel dat men daarbij kan oplopen, is het voor veel werknemers lastig om hun werkgevers aansprakelijk te stellen. Ze willen de arbeidsrelatie niet op het spel zetten. Temeer wanneer de werkgever van mening is dat hij niet aansprakelijk is.
Met deze uitspraak wordt nog eens duidelijk gemaakt dat rechters aan de zorgplicht van de werkgever zeer hoge eisen stellen. De werknemer hoeft alleen te stellen en zo nodig te bewijzen dat aan hem een arbeidsongeval is overkomen in de uitoefening van zijn werkzaamheden. Het is aan de werkgever om aan te tonen dat hij aan zijn zorgplicht voldaan heeft. Dat nemen rechters niet snel aan. Zelfs in het geval dat een arbeidsongeval niet direct voorzienbaar was.
Ook is het interessant om te lezen dat de werkgever de verantwoordelijkheid voor een veilige werkomgeving probeert uit te besteden aan zijn werknemer zelf. De rechter maakt daar korte metten mee.
Heeft u een vraag over een arbeidsongeval? Zoekt u hulp bij het claimen van uw letselschade? Neem dan vrijblijvend contact op.