Blokkeringsrecht: einde van de zaak?

Geplaatst op 19 juni 2020 door mr. A.J. (Anouk) Korff

In deze blog besteden wij aandacht aan het blokkeringsrecht. In de letselschaderegeling is het te doen gebruikelijk om, ter vaststelling van de blijvende gevolgen van een ongeval, een onafhankelijk medisch onderzoek te laten verrichten. De deskundige legt zijn bevindingen vast in een rapport. Het blokkeringsrecht komt er kort gezegd op neer dat het slachtoffer eerst kennis mag nemen van een rapport over zijn gezondheid. Is het slachtoffer het niet eens met de inhoud van het rapport? Dan kan hij het rapport blokkeren. De deskundige mag het rapport dan niet afmaken en niet toezenden aan anderen dan het slachtoffer. In een recente uitspraak van het hof Amsterdam kwam aan de orde of het slachtoffer, nadat een rapport geblokkeerd werd, een nieuw deskundigenbericht kan aanvragen.

Waar ging het om in deze zaak? Het blokkeringsrecht!

Op 15 september 2011 was het slachtoffer betrokken bij een verkeersongeval. Het slachtoffer reed op een scooter. Een vrachtwagen die rechts afsloeg zag het slachtoffer over het hoofd en reed hem aan. Hierdoor liep het slachtoffer letsel op. Achmea, als verzekeraar van de vrachtwagen, erkende aansprakelijkheid voor de schade door het ongeval.

Het slachtoffer stelt dat hij psychische klachten heeft als gevolg van het ongeval. Hierdoor heeft het slachtoffer beperkingen. Partijen spreken, in het kader van de schaderegeling, af dat het slachtoffer psychiatrisch wordt onderzocht door een onafhankelijk deskundige. Zij worden het eens over de persoon van en de vraagstelling aan de deskundige.  Dit onderzoek vindt plaats op 2 maart 2016. De psychiater stelt een rapport op en legt dit op 9 juni 2016 in concept voor aan het slachtoffer. De psychiater verzoekt het slachtoffer om te laten weten of hij gebruikt maakt van diens blokkeringsrecht.

Op 23 november 2016 maakt de psychiater het rapport definitief, omdat hij niets van het slachtoffer hoorde. De deskundige bericht partijen vervolgens dat hij er vanuit gaat dat het slachtoffer zijn rapport blokkeerde en gaat over tot sluiting van zijn dossier.

De procedure

Het slachtoffer verzoekt vervolgens de rechtbank een voorlopig deskundigenbericht te gelasten. Hij stelt zich daarbij op het standpunt dat het  onderzoek van de psychiater niet heeft geleid tot een definitief, voor beide partijen beschikbaar, rapport. Hij verzoekt (voor zover van belang) de rechtbank een andere, door hem voorgestelde psychiater een onderzoek te laten verrichten. De rechtbank wijst het verzoek van het slachtoffer af. Het slachtoffer is het niet eens met de beslissing van de rechtbank en gaat in beroep.

De grieven richten zich tegen deze afwijzende beslissing. In hoger beroep vraagt het slachtoffer (voor zover van belang) opnieuw om een nieuwe expertise te gelasten. Het slachtoffer voert aan dat het geblokkeerde rapport onjuistheden bevat. Er zijn woorden in zijn mond gelegd. Woorden die hij niet heeft gebruikt. Bovendien bevat het concept evidente fouten. De medisch adviseur van het slachtoffer onderschrijft dit. Hij had elf bezwaren op het conceptrapport. Het slachtoffer stelt dat als de expertise-arts het rapport niet had geblokkeerd, hij dat zelf had gedaan.

Achmea voert verweer. Kort en goed stelt Achmea dat de uitspraak van de rechtbank in stand moet blijven.

Het oordeel van het hof

Het hof beslist dat het slachtoffer het recht heeft om de rapportage van de psychiater te blokkeren. Het hof oordeelt dat in het  midden kan blijven of het slachtoffer van dat blokkeringsrecht gebruik heeft gemaakt of dat de psychiater dit redelijkerwijs mocht aannemen, zoals deze kennelijk heeft gedaan.

… de blokkade …

blokkeringsrecht

© Clker-Free-Vector-Images via Pixabay

Zonder belang is verder of de psychiater het concept-rapport eigenmachtig heeft geblokkeerd. Immers voerde het slachtoffer aan dat hij het concept-rapport had geblokkeerd als de psychiater dit niet zou hebben gedaan. Uit deze verklaring blijkt ondubbelzinnig dat het slachtoffer in ieder geval op enig moment besloot tot blokkade van het rapport.

Vervolgens overweegt het hof dat het enkele feit dat het slachtoffer gebruik maakte van zijn wettelijk blokkeringsrecht, niet met zich brengt dat een daaropvolgend verzoek tot het gelasten van een deskundigenbericht niet ter zake dienend is, in strijd komt met een goede procesorde, misbruik oplevert van de bevoegdheid een dergelijk verzoek te doen of afstuit op een ander zwaarwichtig bezwaar.

Zou dit anders zijn, dan zou het blokkeringsrecht in belangrijke mate worden uitgehold, doordat het slachtoffer door die blokkade geen toegang meer zou hebben tot de rechter voor een voorlopig deskundigenonderzoek. Dit is met de strekking van dat recht niet verenigbaar, aldus het hof.

… de motiveringsplicht …

Het hof overweegt vervolgens echter wel:

“…uit de eisen van redelijkheid en billijkheid, waarnaar de partijen bij een overeenkomst […] tegenover elkaar hebben te gedragen, [staat] het een partij niet vrij[…] willekeurig van het hem toekomende blokkeringsrecht gebruik te maken, bijvoorbeeld omdat de uitslag en de gevolgtrekking van het uitgevoerde onderzoek hem niet aanstaan, en dat hij deugdelijk, met mededeling van zijn bezwaren en op een voor de wederpartij begrijpelijke wijze, motiveert waarom hij van het blokkeringsrecht gebruik maakt.”

Uiteindelijk wijst het hof het verzoek om een nieuwe psychiater te benoemen toe.

Waarom is deze uitspraak bijzonder?

Deze uitspraak is bijzonder omdat tot deze uitspraak de rechter veelal negatieve consequenties verbond aan een dergelijke blokkade.

De Hoge Raad…

In 2004 oordeelde de Hoge Raad, onze hoogste rechter, dat een partij in een civiele procedure – sedert 1 januari 2002 op grond van art. 198 lid 3 Rv. – verplicht is mee te werken aan een door de rechter gelast deskundigenonderzoek. Wordt aan deze verplichting niet voldaan? Dan kan de rechter daaruit de gevolgtrekking maken die hij in de omstandigheden van het gegeven geval geraden acht. Van zulk niet voldoen is, aldus de Hoge Raad, sprake indien een partij met een beroep op het blokkeringsrecht heeft verhinderd dat van het deskundigenbericht mededeling wordt gedaan aan de wederpartij en de rechter.

…de consequenties …

Veelal leidde dit er toe dat de rechter de schending van genoemd artikel vaststelde. Soms vielen de gevolgen voor het slachtoffer (relatief) mee. Dan oordeelde de rechter ‘slechts’ de kosten van het nieuwe onderzoek voor rekening van het slachtoffer kwamen. In een enkel geval beoordeelde de rechter vervolgens de zaak op basis van de stukken die zich in het dossier bevonden. Veelal leidde dat dan tot gehele of gedeeltelijke afwijzing van de vordering, omdat er geen deskundigenbericht in het dossier zat en het slachtoffer daardoor zijn stellingen niet voldoende had onderbouwd. Hof Arnhem-Leeuwarden wees in 2018 niet alleen de vordering af, maar bracht ook de kosten van het deskundigenbericht (€ 4.719,00 (!)) voor rekening van het slachtoffer. Een verzoek tot het benoemen van een nieuwe deskundige, na een blokkade, werd doorgaans afgewezen. Daardoor werd het blokkeringsrecht inderdaad, zoals het hof hierboven terecht overweegt, uitgehold. Het (terecht) blokkeren van een slecht rapport leidde linksom of rechtsom tot een verslechterde positie van het slachtoffer.

… nieuwe mogelijkheden na het uitoefenen van het blokkeringsrecht …

Door deze uitspraak behoort een nieuw deskundigenbericht – ook al maakte het slachtoffer gebruik van het blokkeringsrecht – tot de mogelijkheden.

Het slachtoffer zal echter wel uiteen moeten zetten waarom gebruik is gemaakt van het blokkeringsrecht. Een onwelgevallige beslissing van de expertise-arts is in dat kader onvoldoende. Aan de ene kant is het toe te juichen dat het blokkeringsrecht door deze uitspraak wordt versterkt. Het nadeel, aan de andere kant, is wel dat het slachtoffer daardoor prijs moet geven hetgeen hij verborgen wenste te houden door het rapport te blokkeren.

Hebt u vragen over letselschade? Zoekt u een enthousiaste en bevlogen belangenbehartiger? Of hebt u behoefte aan een second opinion? Neem dan geheel vrijblijvend contact met ons op!

Gepubliceerd op 19 juni 2020 door: mr. A.J. (Anouk) Korff