Het voorlopig deskundigenbericht biedt een oplossing

Geplaatst op 10 mei 2023 door mr. E.W. (Edwin) Bosch

Veel letselschadezaken worden in onderling overleg geregeld. Soms lukt dat echter niet. Een voorbeeld waarbij partijen er niet uitkwamen is te vinden in een recente uitspraak van de Rechtbank Den Haag. In die zaak werd door het slachtoffer een voorlopig deskundigenbericht aangevraagd. In deze blog bespreek ik deze uitspraak en wat de rol is van een deskundigenbericht.

De aanleiding: twee verkeersongevallen

Het slachtoffer is op 6 mei 2014 betrokken geweest bij een verkeersongeval. Als gevolg daarvan had hij letsel. Dat letsel bestond uit klachten en beperkingen in de nek- en schouderregio en arm. Het slachtoffer werkte ten tijde van dit ongeval als allround constructiebankwerker (metaalbewerker). Zijn dienstverband is per mei 2016 beëindigd. Op 30 januari 2017 was het slachtoffer opnieuw betrokken bij een verkeersongeval. De reeds bestaande klachten zijn hierdoor verergerd. Met ingang van 9 oktober 2018 ontvangt hij een IVA-uitkering.

Het geschil

Partijen zijn met elkaar gaan overleggen over de hoogte van de schade. Voor de begroting van de schade door het verlies van arbeidsvermogen wordt een vergelijking gemaakt tussen twee scenario’s. De ene is hoe het arbeidzame leven van verzoeker eruit had gezien zonder de ongevallen. Dat is ‘de hypothetische situatie zonder ongeval’. Het andere scenario is de situatie met ongeval.

Partijen zijn het erover eens dat het slachtoffer geen restverdiencapaciteit heeft. Dat betekent dat hij door de ongevallen niet meer werkt. Waar partijen het echter niet over eens zijn is de hypothetische situatie zonder ongeval.

Daarnaast is er nog discussie over de behoefte aan huishoudelijke hulp en het verlies zelfwerkzaamheid dat het slachtoffer lijdt.

Het verzoek aan de rechter

Het slachtoffer verzoekt de rechtbank om een voorlopig deskundigenbericht te gelasten. In dat kader verzoekt hij de rechter om een arbeidsdeskundige te benoemen. Die arbeidsdeskundige moet onderzoek doen naar de aan te houden uitgangspunten voor de begroting van de schade en partijen daarover voorlichten.

Het verweer

De aangesproken aansprakelijkheidsverzekeraar verzet zich tegen toewijzing van het verzoek om een voorlopig deskundigenbericht te gelasten.

De verzekeraar voert aan dat een geschil over de hypothetische situatie zonder ongeval thuishoort in een bodemprocedure of deelgeschil. Daarnaast wijst de verzekeraar erop dat er in de hypothetische situatie zonder ongeval geen sprake is van feiten en omstandigheden die te bewijzen zijn met een voorlopig deskundigenbericht. Over de hypothetische situatie zonder ongeval valt namelijk nooit zekerheid te krijgen.

Dat geldt niet voor de huishoudelijke hulp en het verlies zelfwerkzaamheid sinds het ongeval. Daarover zou, volgens de verzekeraar, echter nauwelijks een inhoudelijk debat zijn gevoerd. Daarom vindt de verzekeraar het verzoek om een voorlopig deskundigenbericht te gelasten prematuur.

De beoordeling door de rechter

De rechter stelt bij de beoordeling voorop dat een verzoek om een voorlopig deskundigenbericht te gelasten in beginsel moet worden toegewezen. Voorwaarde is dat het verzoek ter zake dienend en voldoende concreet is. Daarnaast moet het feiten betreffen die met het deskundigenonderzoek bewezen kunnen worden. Alleen als er sprake is van strijd met de goede procesorde, misbruik van bevoegdheid of een ander zwaarwichtig belang dat zich tegen toewijzing van het verzoek verzet kan het verzoek worden afgewezen.

De rechter overweegt vervolgens dat het verzoek tot het bevelen van een voorlopig deskundigenbericht in dit geval ter zake dienend en voldoende concreet is. Vast staat immers dat partijen het niet eens zijn over de hypothetische verdiencapaciteit. Daarnaast is duidelijk welke aspecten de deskundige moet onderzoeken. Ook betreft het feiten en omstandigheden die met het deskundigenonderzoek bewijsbaar zijn.

Weliswaar kan niet met zekerheid worden bewezen welke carrière het slachtoffer daadwerkelijk zou hebben gemaakt en welk inkomen hij daarmee zou hebben genoten. Wel kunnen in een voorlopig deskundigenbericht relevante feiten en omstandigheden worden onderzocht om een zo reëel mogelijke inschatting van deze situatie te maken. Die relevante feiten en omstandigheden zij bijvoorbeeld het studie- en arbeidsverleden van het slachtoffer en wat gebruikelijke salarissen zijn voor een bepaalde functie. Ook overweegt de rechter dat een arbeidsdeskundige, beter dan de rechter, in staat is om te onderzoeken wat het meest waarschijnlijke carrièreverloop van het slachtoffer zou zijn geweest. Dit gelet op de achtergrond en sterkere en zwakkere kanten van het slachtoffer.

Daarom wijst de rechter het verzoek toe. De rechter benoemt een arbeidsdeskundige en formuleert de vragen voor de deskundige.

Commentaar

Deze beschikking van de rechtbank illustreert goed wat de toegevoegde waarde van een voorlopig deskundigenbericht kan zijn. Kunnen partijen het niet alleen niet eens worden over de uitgangspunten van de schade maar ook niet over nader onderzoek om meer duidelijkheid te krijgen? Dan kan de rechter een deskundige benoemen. Die deskundige kan vervolgens nader onderzoek doen. In dit geval een arbeidsdeskundige die onder meer onderzoek doet naar de hypothetische verdiencapaciteit van het slachtoffer zonder ongeval. Het rapport van de deskundige kan partijen vervolgens verder helpen in hun onderhandelingen. Komen partijen er ook met het rapport niet uit? Dan kan de rechter op basis van dit rapport de knoop doorhakken.

Opmerkelijk is dat door de verzekeraar is aangevoerd dat de vraag naar de hypothetische verdiencapaciteit van het slachtoffer zonder ongeval niet thuishoort in een voorlopig deskundigenbericht. De verzekeraar stelde dat daarvoor een bodemprocedure of een deelgeschil meer aangewezen is. Die redenering volg ik niet. Ook in een bodemprocedure zou de rechter waarschijnlijk een arbeidsdeskundige hebben benoemd. Dit om het nu gevraagde onderzoek te doen en de rechter voor te lichten. Die benoeming naar voren te halen, voorkomt mogelijk een bodemprocedure. Een deelgeschil lijkt mij, juist omdat bewijslevering maar beperkt mogelijk, weinig kansrijk. De route van een deelgeschil ligt echter wel open nadat de arbeidsdeskundige rapporteerde.

Opmerkelijk is verder de overweging van de rechter dat een “arbeidsdeskundige, beter dan de rechter, in staat is om te onderzoeken wat het meest waarschijnlijke carrièreverloop van het slachtoffer zou zijn geweest”. Het vaststellen van de hypothetische verdiencapaciteit van het slachtoffer is namelijk bij uitstek een juridische vraag. Bij de vaststelling van deze verdiencapaciteit spelen immers de eisen die ‘bewijs’ gesteld worden een belangrijke rol. Tegelijkertijd kan de rechter op dit punt vaak geen beslissing nemen zonder gedegen onderzoek door een ervaren arbeidsdeskundige. Daarom is de gekozen route in deze zo charmant.

Hebt u vragen?

Loopt u ook vast in de schaderegeling? Bent u op zoek naar een ervaren letselschadeadvocaat? Neem dan geheel vrijblijvend contact met ons op.

Gepubliceerd op 10 mei 2023 door: mr. E.W. (Edwin) Bosch