Tuinbouwbedrijven met WKK-installatie die leveren aan het net, zullen over het algemeen weinig last hebben van de extreem gestegen energieprijzen. Het gas is weliswaar duur, maar elektriciteit die men opwekt wordt ook goed betaald. Zowel de gasprijs als de elektriciteitsprijs kan voor langere tijd worden vastgelegd.
Maar wat als er een leveringsverplichting is voor de elektriciteit? En de prijs al is vastgelegd maar het daarvoor benodigde gas is niet volledig vooraf ingekocht? Daardoor kan de ondernemer financieel flink in de knel komen of zelfs kopje onder gaan. Het gas moet immers voor extreem hoge prijzen worden ingekocht. Dit terwijl de elektriciteit voor een lage prijs is verkocht.
Kan in dat geval het contract worden opengebroken?
Doet er zich zo een situatie voor, dan is het van belang om eerst naar de inhoud van het contract te kijken. Wellicht voorziet het contract in een mogelijkheid van beëindiging of wijziging.
Zo niet, dan kan de wet wellicht uitkomst bieden. Artikel 6:258 BW bepaalt namelijk dat een contract kan worden gewijzigd of ontbonden vanwege onvoorziene omstandigheden. Het gaat dan om een wijziging van omstandigheden die van dien aard is, dat uw wederpartij naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid geen ongewijzigde instandhouding van de overeenkomst mag verwachten.
Het is echter niet eenvoudig om een rechter zover te krijgen het contract te ontbinden of te wijzigen. Dat is jammer voor de partij die het nadeel ondervindt.
Dat ondervonden producenten van windenergie die voor een vaste prijs leverden aan Essent. De prijzen waren met maar liefst 400% gestegen. De rechtbank overwoog onder andere het navolgende;
De vraag is vervolgens of de prijsstijgingen, indien deze als onvoorziene omstandigheden worden aangemerkt, naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid ongewijzigde handhaving van de overeengekomen prijs van 2,3 eurocent/kWh in de weg staan. Naar het oordeel van de rechtbank is dat niet het geval. Dat na het sluiten van de koopovereenkomst de marktprijs kan stijgen, behoort tot de algemeen aanvaarde risico’s die bij de rol van verkoper horen. Dit geldt ook indien de stijgingen onvoorzien groot zijn.
en:
Anders dan in de stellingen van de exploitanten ligt besloten gaan de gevolgen van die prijsstijgingen het in de overeenkomst verdisconteerde prijsrisico niet te buiten. De enkele omstandigheid dat Essent c.s. eenzijdig van de prijsstijgingen profiteert, is daarvoor onvoldoende. Dit zou anders kunnen zijn indien de exploitanten hun installaties niet meer rendabel zouden kunnen exploiteren. Gesteld noch gebleken is echter dat die situatie zich hier voordoet.
Het eerste geciteerde deel van deze overweging laat zien dat de rechter vrij streng is. Desondanks zet de rechter de deur nog op een vrij grote kier in het tweede deel van het citaat. Immers, met de huidige volatiele energiemarkt is een onrendabele exploitatie van een tuinbouwbedrijf zeker niet uitgesloten.
RWE verkocht gas tegen een vaste prijs aan een ondernemer. Ondertussen daalde de gasprijs enorm. De rechtbank oordeelde als volgt;
Ten Cate heeft betoogd dat haar concurrentiepositie ernstig wordt geschaad door instandhouding van de vaste prijs, terwijl RWE voordeel behaalt door de gecontracteerde volumes van Ten Cate tegen een veel lagere gasprijs in te kopen (hetgeen RWE gemotiveerd heeft betwist). Dit betoog van Ten Cate ziet in de kern op de afweging van de wederzijdse belangen, en in het bijzonder op de vraag of RWE Ten Cate onder voornoemde omstandigheden in redelijkheid aan het contract mag houden. Deze vraag moet bevestigend worden beantwoord. Het enkele feit dat RWE eenzijdig zou profiteren van een prijsdaling, maakt immers nog niet dat die prijsdaling het in de overeenkomst verdisconteerde prijsrisico te buiten gaat.
en:
Dit zou alleen anders kunnen zijn als Ten Cate daardoor in grote financiële en/of bedrijfseconomische problemen zou komen te verkeren, bijvoorbeeld als zij haar fabrieken niet meer economisch rendabel zou kunnen exploiteren of op het randje van faillissement zou komen te verkeren. Door Ten Cate is hieromtrent niets aangevoerd, terwijl de enkele door Ten Cate aangevoerde schade aan haar concurrentiepositie hiervoor onvoldoende is. Gelet op het voorgaande is dan ook niet van belang of RWE al dan niet een (dure) dekkingskoop heeft gedaan of juist eenzijdig van de prijsdaling heeft geprofiteerd, zoals Ten Cate stelt.
De rechtbank zegt in feite in het eerste deel van het citaat dat de ondernemer het contract moet nakomen. Slechts onder omstandigheden kan het contract worden ontbinden of wijzigen. Pas bij een onrendabele exploitatie of een dreigend faillissement, is de rechter bereid de overeenkomst te wijzigen of te ontbinden, zo volgt uit het tweede deel van het citaat.
Toch is het ontstaan van financiële problemen niet per definitie een reden voor wijziging of ontbinding van het contract. Dat geldt zeker niet als de partij die deze problemen ondervindt, een professionele speler is en de andere partij niet. Ook het feit dat indekking tegen dit soort risico’s mogelijk is speelt een rol;
Tussen partijen is niet in geschil dat de prijzen van electriciteit ten tijde van de opzegging een sterke opwaartse beweging hebben laten zien, zodat niet uitgesloten is dat [Y.], mede als gevolg daarvan, in financiële problemen is komen te verkeren. Daarnaast staat tussen partijen in dit verband vast dat de energieprijzen in het verleden een grillig verloop hebben gekend en in korte tijd snel kunnen stijgen. [Y.] is als professionele speler actief op de energiemarkt terwijl [X.] een op dit gebied niet-deskundige ondernemer is. Het hof begrijpt daarnaast uit de niet weersproken inhoud van de door [X.] overgelegde offerte van [Y.] (prod. 2 cva) dat zij de Overeenkomsten aan [X.] heeft aangeprezen als middel ter verkrijging van extra zekerheid voor de overeen te komen contractsperiode.
Door er voor te kiezen in een naar haar aard onvoorspelbare markt overeenkomsten af te sluiten voor bepaalde tijd tegen een vast tarief, heeft [Y.] het risico genomen electriciteit te leveren tegen een prijs die niet rendabel zou zijn. De verwezenlijking van dit risico, alsmede de bedrijfseconomische gevolgen daarvan, vormen – mede gelet op de aard van de Overeenkomsten, de markt waarbinnen deze zijn afgesloten en de onderlinge verhouding van partijen – omstandigheden die krachtens de in het verkeer geldende opvattingen voor rekening van [Y.] behoren te komen. Dit wordt niet anders nu, zoals tussen partijen vast staat, ten tijde van de opzegging sprake was van extreme marktomstandigheden.
Voorgaande toerekening van het risico ligt te meer in de rede nu – zoals [X.] onweersproken heeft aangevoerd – [Y.] zich tegen de betreffende prijsfluctuaties had kunnen indekken. Volgens [Y.] zelf is het een feit van algemene bekendheid dat contracten in de energiemarkt voor bepaalde tijd met een vaste prijs in het algemeen duurder zijn dan contracten voor onbepaalde tijd met een flexibele prijs.
Het is de vraag of een ondernemer die een tuinbouwbedrijf met WKK-installatie exploiteert, niet als een professionele speler op de energiemarkt gezien kan worden. Weliswaar is de corebusiness het telen van gewassen. Maar het verleden heeft laten zien dat aan de handel in energie soms meer verdiend wordt. Is de teler een professionele speler in die markt, dan zal deze ondernemer de risico’s veelal zelf moeten dragen. Zelfs als het bedrijf daardoor in financiële problemen komt te verkeren.
Het is niet eenvoudig om een contract open te breken bij sterk gestegen energieprijzen. De ondernemer zal het risico vaak zelf moeten dragen. Dat is hooguit anders als de financiële gevolgen zo ernstig zijn, dat het bedrijf er aan onderdoor gaat. Of wanneer een rendabele exploitatie van de onderneming niet meer mogelijk is.
Maar ook in dat geval hangt het van de omstandigheden af of er redenen zijn om het contract te wijzigen. Is de ondernemer een professionele speler die zich in had kunnen dekken, dan komt het risico van extreme prijswijzigingen al snel voor zijn rekening.
Heeft u nog meer vragen over tuinbouwrecht? Neem gerust contact op met ons kantoor, wij helpen u graag verder.